Brava
Het kleinste van de bewoonde eilanden van Kaapverdië is niet bepaald braaf, integendeel: de naam Ilha Brava betekent “ontembaar eiland”.
Ondanks een klein vliegveld is er (nog) geen regelmatig luchtverkeer, dus de haven van Furna, in het noordoosten, is de enige toegang met regelmatige diensten naar het kleine eiland Brava van 67 km².
Hierdoor is Brava erg ongerept gebleven en nauwelijks ontdekt door toeristen. Maar als je op zoek bent naar rust en stilte, dan kun je die hier vinden. Omdat er nauwelijks stranden zijn, is het eiland niet geschikt voor puur badtoerisme. Toeristische accommodatie is praktisch alleen te vinden in Vila Nova Sintra, Cova Joana en Fajã de Água.
In Fajã de Água, aan de westkust, zijn er ook natuurlijke zwembaden aan zee, die je via trappen kunt bereiken en waar je veilig in zee kunt baden. Bovendien zijn er bijna geen zwemmogelijkheden op Brava, de echte ongetemde.
Door de ligging ontvangt het eiland van tijd tot tijd regen, waardoor er zeer productieve landbouw mogelijk is. Dit is ook de belangrijkste bron van inkomsten van het eiland. Dankzij het water heeft Brava ook een verrassend weelderige vegetatie, wat vrij zeldzaam is op de meestal steppeachtige zuidelijke eilanden van Kaapverdië.
Het dorp Vila Nova Sintra, gelegen in de bergen, wordt beschouwd als het “mooiste plekje van Kaapverdië”. Het wordt gekenmerkt door goed onderhouden huizen met kleine tuinen en je kunt je voorstellen dat veel mensen hier beter leefden dan ergens anders.
Als je op zoek bent naar groene landschappen, liever alleen naar de zee kijkt en geniet van de rust, dan is Brava de plek voor jou.